Renske

Samen onbeperkt vooruit

Op straat word ik nagekeken en nagefloten...

 

Ik denk niet dat het goed is voor kinderen om afgezonderd op te groeien.

Cerebrale parese

Ik heb cerebrale parese, een aangeboren hersenletsel waardoor de aansturing van mijn hersenen naar mijn benen en rechterhand niet goed werkt. Ik moet spaarzaam met mijn energie omgaan. Kleine afstanden kan ik met mijn kruk lopen. Voor langere afstanden gebruik ik een rolstoel. Ook heb ik moeite met dingen optillen.

Beschermende omgeving

Als kind heb ik altijd speciaal onderwijs gevolgd. Hier groeide ik op in een kleine en beschermende omgeving. Ik denk niet dat het goed is voor kinderen om afgezonderd op te groeien. Je leert hierdoor niet dat je in de buitenwereld als persoon met een beperking harder je best moet doen om jezelf te bewijzen.

Toen ik naar de middelbare school ging, heb ik daarom bewust voor een reguliere school gekozen. Hier kreeg ik de kans om mezelf verder te ontwikkelen en mijn eigen weg te kiezen. Nu volg ik een opleiding administratief medewerker aan een reguliere MBO-school.

Technische (on)toegankelijkheid

Reizen met het openbaar vervoer is soms lastig voor mij. Waar Sprinter-treinen een goede oprijplaat hebben, kom ik intercitytreinen niet makkelijk in. Ik heb dan reisassistentie nodig. Maar ik maak regelmatig mee dat ze niet op tijd of zelfs helemaal niet komen opdagen. Ik kan hierom gefrustreerd raken, ik regel alles van tevoren maar ze informeren mij niet dat er geen assistentie beschikbaar is.

Ook zijn toiletten erg ontoegankelijk. In horeca worden de invalidentoiletten vaak als schoonmaakhok of als opslag gebruikt. Door alle bierkratjes die er staan, kan ik niet naar binnen. Mij weerhoudt dit niet om eropuit te gaan, maar er zijn genoeg mensen met een beperking die daardoor thuisblijven. Ik wil daarom iedereen meegeven dat alleen een beugel aan de muur van het toilet al een wereld van verschil kan maken.

Beschamend gedrag

Als mijn vriend hand in hand naast mij loopt terwijl ik in mijn rolstoel zit, worden we vaak nagekeken, nagewezen en nagefloten op straat. In een restaurant wordt niet rechtstreeks aan mij gevraagd wat ik wil bestellen, maar aan degene met wie ik ben. Dit gedrag van anderen ben ik inmiddels gewend. Maar wanneer mensen ongevraagd mijn rolstoel duwen, stoor ik me daar wel aan. Ik verlies dan mijn evenwicht en raak de controle kwijt over mijn rolstoel.

Spontaan

Concerten, festivals, musea, ik ga overal naartoe en zie daar wel hoe ik binnenkom, hoe ik naar het toilet ga en hoe mensen met mij omgaan. Ik wil niet dat mijn wereld te klein wordt. Als ik activiteiten met vriendinnen plan, houd ik vaak bewust geen rekening met (rolstoel)toegankelijkheid. Voor festivals koop ik normale kaarten. Met rolstoelkaarten word je altijd ergens apart neergezet. Ik vind het leuker om tussen de mensen te zijn. Dan ontstaan er onverwachte spontane momenten. Mensen vragen dan of ze mijn rolstoel mogen optillen en dan vlieg je de lucht in! Daarbij vind ik het belangrijk dat lopende mensen juist op plekken als festivals en concerten ook mensen met een lichamelijke beperking tegenkomen.

Normaliseren

Het is belangrijk dat lichamelijke beperkingen meer genormaliseerd worden in onze samenleving. Hiervoor is het essentieel dat kinderen van jongs af aan in aanraking komen met mensen met een beperking. Dan leren ze dat alle mensen verschillend zijn en ons niet anders hoeven te behandelen.